Dag mémé

Afgelopen weekend overleed mijn mémé, een waar monument.


Een zin die ik een goed jaar geleden ook al eens gebruikte. En zo tweemaal op korte tijd, dat komt dubbel zo hard aan. Mémés lijken er voor eeuwig te zijn, maar wanneer de laatste der grootouders overlijdt, besef je pas echt dat het voorgoed gedaan is met de kindertijd. Morgen, op 2 augustus ('Op dezelfde dag als Will Tura!' zei je elk jaar even enthousiast), zou je 86 worden. Maar je hebt het net niet meer gehaald.

Zes jaar en een dag geleden, toen deze foto's genomen werden en jij volop je 80ste verjaardag vierde, lagen de kaarten nog helemaal anders. Akkoord, je had een lastige winter achter de rug die bij nader inzien misschien meer wonden heeft geslagen dan we toen vermoedden, maar je knapte bewonderenswaardig op en was na verloop van tijd weer je eigen dynamische zelve. Gek om te vatten dat je er nu niet meer bent.


Mémé, tante Marceline of hoe men je ook noemde, je was een kokette, kleurrijke dame, die op jonge leeftijd het Pajottenland inruilde voor het grote Brussel om er een commerce op te starten, met uitvalsbasissen in achtereenvolgens Schaarbeek, Woluwe en Jette. En dat deed je met zwier en stijl, zoals het een echte Marceline betaamt.

De periode in Jette herinner ik me nog goed: je ging met ons wandelen in het park, we vertrokken van aan je appartement op uitstap naar het Neerhof en de Markten en belandden geregeld op een eetfestijn, omdat je als geen ander wist dat de steun voor een lokale figuur het best via de maag verloopt. Brigitte Grouwels, Jos Chabert, Jef Valkeniers en vele anderen, ze konden allen op je trouwe steun rekenen. Nee, van wat regenboogcoalities ben je nooit vies geweest.

Een actieve supporter van je kleinkinderen, dat was je ook. Weet je nog die keer toen ik met de doedelzakfanfare in de Monk verzamelde om wat later op het Sint-Katelijneplein te spelen? Als fan van het eerste uur was je niet te beroerd om gezwind het café binnen te stappen op zoek naar je kleindochter, terwijl je op weg naar het achterzaaltje lustig praatjes sloeg met de tooghangers van dat moment. Zeer straf voor een bejaarde dame, al moet ik toegeven dat ik het op dat moment wel een beetje gênant vond. Ergens in stilte en onopgemerkt binnentreden, dat stond duidelijk niet in je woordenboek :-)

En toen kwam de jaarmarkt in Jette, drie zomers geleden, die helaas mijn ogen opende. Fier en waardig als je was wou je je kleinzoon 's avonds zien optreden, en ik zou met je meegaan om je een arm en de nodige steun te verlenen. Maar waar je vroeger als een Speedy Gonzales over het marktplein gezoefd zou hebben terwijl je alle aanwezigen begroette, moest je je nu noodgedwongen beperken tot slow motion en op elke hoek van de straat stoppen om naar adem te happen. Toen besefte ik dat er nog een moeilijke tijd zou komen.


Van zodra je in het rusthuis woonde, sloot je binnen de kortste keren vriendschappen met je medebewoners omdat eenzaam zitten wegkwijnen in je kamer jouw stijl niet was. Naar het kerstfeest van 2015 mocht ik nog mee als je date om samen pannenkoeken te smikkelen, waarop jij me vol trots voorstelde aan al je vriendinnen. Een hartverwarmend moment, maar nadien werden de dagen steeds moeilijker. Heel confronterend om zien hoe het kaarsje van die eens zo kokette dame langzaam uitdoofde, totdat het helemaal op was.

Nu mag je rusten, beste mémé, en nieuwe vrienden maken in een andere dimensie. Ik weet zeker dat je dat met verve zal doen, want jouw entree gaat nooit onopgemerkt voorbij. Je hebt een rijk gevuld leven gehad, waar je met trots op mag terugblikken. Iets wat wij geregeld zullen doen. O, en laatst vroeg je me nog wanneer ik nu eindelijk zou trouwen. Ik hou je op de hoogte, goed?

0 Comments