Ik ben een januarikind dat doorgaans haar verjaardag in februari viert. Of toch minstens gespreid over een aantal weken. Wanneer de feestdagen en nieuwjaarsrecepties voorgoed achter de rug zijn en die Tournée Minérale toch geen succes blijkt te worden: dát is mijn moment.
Dat was dit jaar niet anders. Omdat niet alleen na datum, maar ook smaakvol verjaren enorm plezant is, trok de familiale delegatie naar San in Brussel. Het concept? Je krijgt vijf kommetjes met uiteenlopende gerechten, die je opeet met een lepel als enige wapen. Simple comme bonjour, quoi.
Dat was dit jaar niet anders. Omdat niet alleen na datum, maar ook smaakvol verjaren enorm plezant is, trok de familiale delegatie naar San in Brussel. Het concept? Je krijgt vijf kommetjes met uiteenlopende gerechten, die je opeet met een lepel als enige wapen. Simple comme bonjour, quoi.
Wie denkt dat een uitlepelbare bol per definitie platte drek impliceert heeft het goed mis: wij zagen achtereenvolgens Limousinrund met schelpdieren, kabeljauw met koriander, spek met kool en chocolade met whiskey de revue passeren, wat resulteerde in een festijn voor de smaakpapillen en een bol (pun intended) gegeten buikje.
Maar omdat er zelfs na een succulent maal nog altijd plaats is voor een afzakkertje, stortte Team Badisco zich na afloop nog even in het Brusselse nachtleven. Waar zich doorgaans een steeds wederkerend patroon manifesteert, met zwarte pensen en droge worsten als vaste factoren. En die blonde Ramée liet zich ook wel smaken. Prima spul, daar in de Monk!
Het leuke was dat we dit jaar voor een hotel kozen: wanneer het laatste glas geledigd is kan je lekker makkelijk neerploffen in een mals hotelbed, zonder dat je moet stressen over de laatste trein of het gevecht om de BOB-sleutelhanger moet aangaan. Dat eitje met spek bij het ontbijt de dag nadien maakte het trouwens helemaal af :-)
Schitterend uitzicht ook, daar vanop de zevende verdieping in het Novotel:
Schitterend uitzicht ook, daar vanop de zevende verdieping in het Novotel:
En kijk, de ochtend nadien zagen we een rustig ontwakende Vismarkt in de zaterdagzon. Geen wolkje aan de lucht, zou je haast zeggen.
Na het nachtelijk vertier in de lokale bruine kroegen, vonden we het tijd om ons ook nog even tussen de hip kids te mengen. Waarschijnlijk was ik de enige in heel de winkel die geen enkel Apple-product bezit, maar gelukkig heeft de security mij laten gedijen. Mooi pand trouwens, die Toison d'Or.
Hier zie je het gebouw langs de buitenkant. Ik vind het een erg geslaagde eyecatcher voor een steeds interessanter wordende buurt. Wist je trouwens dat het gebouw in de lijst staat met Belgiës 10 meest unieke structuren en gebouwen?
Na de middag vonden we het zo stilaan tijd om de trein terug naar huis te nemen, een verplaatsing die door een ontsporing nabij Leuven wel wat voeten in de aarde had. Maar na een tramrit, geweigerd worden op een overvolle bus en een schoonvaderlijke taxidienst, raakten we dan toch terug in Tienen.
Waar ik met een detoxthee en een sjokolatje in de hand vrolijk vaststelde dat het verandaseizoen opnieuw begonnen is. Hoera!
Ik vond het wel tof, zo op hotel gaan in Brussel. Omdat ik er vroeger op kot heb gezeten, er nadien nog jaren heb gewerkt en er nog steeds geregeld kom, vind ik het extra leuk om een bekende buurt eens vanuit een andere invalshoek te beleven. Op naar het volgende logeerpartijtje, zou ik zo zeggen!
Doen jullie dat ook af en toe, op hotel gaan in eigen land?
Doen jullie dat ook af en toe, op hotel gaan in eigen land?
0 Comments